© Hans ZaglitschHet Leineschloss, dat tegenwoordig onderdak biedt aan het parlement van de deelstaat Nedersaksen en ooit een koninklijke residentie was, vindt zijn oorsprong in een Franciscaner klooster dat in de 12e eeuw werd gesticht en in 1533 werd opgeheven. Nadat de hertog van Calenberg Hannover in 1636 tot koninklijke zetel had uitgeroepen, werd de noordwestelijke vleugel van het paleis in 1742 gerenoveerd. De overige delen van het kasteel werden tussen 1816 en 1844 volledig verbouwd door bouwmeester Georg Friedrich Laves.
Een opvallend kenmerk is de representatieve neoklassieke portiek aan de Leinstraße, die wordt ondersteund door zes Korinthische zuilen en een platte driehoekige gevel heeft. Het wapen van de deelstaat Nedersaksen is te zien op het fronton. De Lein-kant van het kasteel, met zijn drie verdiepingen en mansardedak, heeft meer een barok karakter. Na de verwoesting in de Tweede Wereldoorlog werd het Leineschloss van 1956 tot 1962 herbouwd en werd de zuidelijke vleugel vervangen door een moderne uitbreiding met een plenaire zaal.
Een nieuwe fase in het leven van Gottfried Wilhelm Leibniz begon in december 1676, kort na zijn aankomst in Hannover. Toen hij het beheer van de hertogelijke bibliotheek overnam, bestond de collectie oorspronkelijk uit 3.310 banden en 158 manuscripten.
Dankzij Leibniz' vele internationale contacten slaagde hij er al snel in om de collectie aanzienlijk uit te breiden. Hij nam ook het initiatief voor een herontwerp van de Ridderzaal in het paleis. Hij documenteerde de opstelling van de plafondschilderingen en de portretten van de leden van de Guelph prinselijke familie in zijn ontwerpen.
Leibniz verhuisde zijn werkplek en boeken later naar de Leinstraße en later naar de Schmiedestraße.
+ Lees meer
NL 
DE 
EN 
PL 
ES 
IT 
DA 
SV 
FR 
PT 
TR 
RU 
FI 
ZH 
KO 
JA 
UK 
BG 